Hans van Drunen
Dit is een brontekst. Spelling en kleine fouten in de inhoud mogen worden gecorrigeerd. De bron wordt vermeld in het "Bron" gedeelte.
Even voorstellen: mr. Hans van Drunen
23 Jun 2010 door Paul Verhaegh
Utrechtse wob-specialist is niet zomaar een juridisch adviseur, maar een sleutelfiguur binnen links-radicaal Nederland.
In 2008 verschenen er in de media berichten over rechtszaken die door een freelance journalist waren aangespannen tegen politiekorpsen die weigerden om op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) afschriften van wapenvergunningen te verstrekken.
De zaken werden gevoerd namens J.M. Hanenbergh uit Utrecht door mr. H.C. van Drunen uit Utrecht. Een eerdere publicatie over deze zaken vindt u hier. Onderzoek naar de achtergronden van deze twee personen toont aan dat de agenda achter deze zaken eerder politiek dan journalistiek is.
De vertegenwoordiger en zijn vaste principaal
Onder de naam Juridisch Adviesbureau Maury (KvK 30233508) drijft mr. Hans Christiaan van Drunen (1963) in Utrecht een adviesbedrijfje dat zich specialiseert in de wob-procedures. Hans van Drunen is een domineeszoon afkomstig uit het West-Friese Twisk (NH).
In bijna alle wob-zaken die Van Drunen vertegenwoordigt hij Jeroen Maarten Hanenbergh, een beroepsactivist uit Utrecht, die hierdoor zo’n beetje Van Drunens vaste principaal (opdrachtgever) is. Slechts sporadisch doet Van Drunen zaken voor anderen, zoals bijvoorbeeld voor Buro Jansen & Janssen van Wil van der Schans c.s. Buro Jansen & Janssen is de contra-inlichtingendienst van links-activistisch Nederland, opgezet om als afweer te dienen tegen politie, justitie en – niet te vergeten – de AIVD. Jeroen Maarten Hanenbergh noemt zich freelance journalist, maar aangezien er nooit artikelen van zijn hand verschijnen in gevestigde dag-, week- of maandbladen, is die benaming voor hem eerder een dekmantel dan een beroepsaanduiding, ook al heeft hij ooit enige tijd doorgebracht op de Utrechtse School voor Journalistiek. Tijdens een rechtszitting van de afdeling Rechtspraak van de Raad van State (RvS) claimde hij voor een tweetal bladen te schrijven. Het betreft blaadjes die worden uitgegeven door en voor links-radicaal Nederland. Een daarvan is Alert!, een uitgave van de anti-fascistische actie (AFA), waarin hij publiceert onder de naam Jeroen Bosch.
Minder bekend is dat Hanenbergh in Nederland contactpersoon en voorlichter is van het Baskenland Informatie Centrum (BIC) en de Baskische jongerenorganisatie SEGI. Beide organisaties zijn mantelorganisaties van de Baskische afscheidingsbeweging ETA, die op de EU-lijst van terroristische organisaties staat. De ETA is vergelijkbaar met de IRA of de voormalige RAF in Duitsland.
De RvS stelde Hanenbergh in de in 2008 gevoerde procedures het gelijk, zodat de politiekorpsen niet langer mogen weigeren de gevraagde afschriften te geven.
Jurist, activist, sleutelfiguur van links-radicaal Nederland
Van Drunen is praktisch uitsluitend werkzaam voor links-radicalen zoals Hanenbergh. Hij is dan ook eerder een politiek activist dan een vrijgevestigde praktijkjurist die zich specialiseert in wob-zaken.
Van Drunen’s activistische betrokkenheid gaat al geruime tijd terug. Hij was ooit het gezicht van Fascisme Onderzoeks Kollectief (FOK). Het FOK was een zogenaamd actiefront dat weer gelieerd was met het Anti Militaristisch Onderzoeks Kollektief (AMOK), het Kollektief Anti Fascistisch/Kapitalistisch Archief (KAFKA), de anti-fascistische actie (‘ANTIFA’) en Kleintje Muurkrant, dat gerund wordt door de bekende kraker en bewust baanloze Bosschenaar Gert-Jan van Beijnum. Over Van Beijnum is door het weblog GeenStijl.nl een aantal keren gepubliceerd.
In de jaren 80 deed Van Drunen via FOK onder meer onderzoek naar de Moonsekte en ook de Church of Scientology, beter bekend als de Scientologysekte. Over de ‘org’ van Scientology (‘org’ is een scientologyterm om een vestiging van de sekte mee aan te duiden) heeft Van Drunen via FOK een brochure gepubliceerd.
Een voormalige medestander Van Drunen in het onderzoek naar de Moonsekte omschrijft hem als ‘nogal schreeuwerig en veeleisend’ en voegt daaraan toe: ‘Hans is de zoon van een dominee en zo komt hij ook over. Erg dwingend en helemaal geen alternatief figuur.’
Eind jaren 90 ging het fout met het FOK toen deze organisatie (lees: Van Drunen) een 48-jarige, internationaal onderscheiden, concertzanger ten onrechte beschuldigde van extreem-rechtse sympathieën. Een door deze zanger georganiseerd afscheidsconcert voor de Utrechtse commissaris van de Koningin, Beelaerts van Blokland, werd onmiddellijk afgelast. De zanger spande een rechtszaak tegen het FOK aan die het FOK verloor. De rechter veroordeelde het FOK wegens aantasting van de goede naam van de zanger tot NLG 10.000 schadevergoeding. Naar verluidt heeft het FOK, dat toch al geen kapitaalkrachtige club was, deze vergoeding nooit betaald aan de zanger.
De affaire betekende het einde van het FOK en zou een verklaring kunnen zijn voor het feit dat Van Drunen bij voorkeur buiten de publiciteit opereert.
Een andere activiteit van Van Drunen uit zijn tijd bij het FOK was het weghalen van vuilniszakken bij verdachte figuren uit extreem-rechtse hoek. Met de informatie die Van Drunen verkrijgt door de vele wob-procedures die hij voert, bouwen hij en zijn principaal Hanenbergh verder aan een zo compleet mogelijk dossier van iedereen die – in hun ogen – rechts, dan wel extreem-rechts is. Omdat Van Drunen in de loop van de jaren meer dan 400 wob-procedures heeft gevoerd (naar zijn eigen zeggen, tijdens een van de zittingen bij de RvS die ik als toehoorder bijwoonde) is hij daardoor een van de best geïnformeerde mensen in heel Nederland op dat terrein. Overigens zijn ‘rechts’ en ‘extreem-rechts’ in links-radicale kring nogal rekbare en daardoor brede, begrippen, maar dat even terzijde.
Van Drunen is door zijn jarenlange activiteiten – net als zijn vaste principaal Hanenbergh – een van de sleutelfiguren van links-radicaal Nederland.
Soms met het recht in de hand, dan weer het recht aan de laars gelapt
Van Drunen beroept zich graag op de wet om zijn gelijk te krijgen. Tegelijkertijd ziet hij er geen been in om de wet aan zijn laars te lappen als dat beter uitkomt. Een voorbeeld van dat laatste zien we bij de activiteiten van de Stichting Argus uit Utrecht (KvK 41187019). Deze organisatie doet onderzoek naar ‘geheime’ genootschappen en focust daarbij vooral op de vrijmetselarij. Uit KvK informatie blijkt dat Van Drunen het enige bestuurslid van deze stichting is, zodat we die stichting gemakshalve met Van Drunen kunnen vereenzelvigen. Het feit dat de stichting op het woon/werkadres van Van Drunen in de Utrechtse Goedestraat is gevestigd, onderstreept dat nog eens.
Via haar website biedt de Stichting tegen betaling cd-roms met auteursrechtelijk beschermd materiaal van de Orde van Vrijmetselaren aan. Dit is een duidelijke schending van het auteursrecht. Het schenden van auteursrechten is bovendien ook strafbaar gesteld, zodat de stichting tevens crimineel is. Via de site worden ook ledenlijsten van een aantal loges (een loge is een plaatselijk afdeling van de vrijmetselarij) aangeboden, uiteraard ook tegen betaling, hetgeen een flagrante schenking van de privacywetgeving is. Weinig chic allemaal voor iemand die bevoegd is de titel van meester in de rechten te voeren. Voor Van Drunen heeft de wet kennelijk alleen gezag als die in zijn voordeel werkt, in andere gevallen lapt hij haar aan zijn laars.
Blijkens een brief op de website van Stichting Argus is het onderzoek naar de vrijmetselarij uitgevoerd in samenwerking met ‘Onderzoeksgroep Squin de Florian’. Ook blijkt dat de website www.stelling.nl van de al eerder genoemde Gert-Jan van Beijnum erbij betrokken.
In een civiele procedure die de Nederlandse Orde van Vrijmetselaren voerde tegen Stichting Argus werd al snel duidelijk dat de ‘Onderzoeksgroep’ Squin de Florian een eenmansactie was: de ‘groep’ bleek enkel uit Van Drunen zelf te bestaan. De Orde van Vrijmetselaren typeerde de activiteiten van de ‘Onderzoeksgroep’ als het handelen van ‘iemand die het als een persoonlijke vendetta zag de geheimen van de vrijmetselarij bloot te leggen en die zich verschool achter de onderzoeksgroep Squin de Florian.’ Het proces tegen de Stichting Argus was overigens mede ingegeven door de wens van de Orde van Vrijmetselaren om publicatie van namen van de leden van de vrijmetselarij op internet tegen te houden, vanwege de privacygevoeligheid daarvan.
De naam Squin de Florian is ontleend aan een historische figuur de een rol speelde in de ketterprocessen tegen de Tempeliers, zo blijkt uit de Encyclopedia of Freemasonry.
Het voorgaande maakt duidelijk dat mr. Van Drunen iemand is die zich door middel van een inschrijving bij de KvK (Adviesbureau Maury), het gebruikmaken van rechtspersonen (Stichting Argus) en het gebruik van pseudoniemen (‘Onderzoeksgroep Squin de Florian’) groter te maken dan hij in werkelijkheid is.
Specialist in openbaarheid, maar alleen als het om activiteiten van anderen gaat
Voor iemand die zoveel waarde hecht aan openbaarheid, waaronder de openbaarheid van bestuur, is Van Drunen opmerkelijk terughoudend als het om publiciteit over hem zelf gaat. Gefotografeerd wordt hij liever niet, en vragen van buitenstaanders beantwoorden doet hij alleen als ze van bevriende journalisten afkomstig zijn. Dat laatste is overigens een bekend gedragspatroon in links-activistische kringen, maar dat even terzijde. Toen ik hem in de wachtkamer van de RvS eens op hem afliep om een vraag te stellen, voer Van Drunen, zittend in zijn stoel, woest tegen me uit: ‘Wilt u afstand houden! Wilt u afstand houden!’ Toen ik daarop aanbood om enkele stoelen verderop te gaan zitten en dan mijn vragen te stellen, negeerde hij dat aanbod en bleef ziedend. Uiteindelijk moesten de bodes interveniëren, hetgeen er toe leidde dat Van Drunen aan de andere kant van de wachtkamer plaatsnam terwijl ik aan de ene kant bleef zitten. Bij een andere zitting gebeurde het dat Van Drunen mij de deur van de zittingzaal letterlijk in mijn gezicht drukte, toen ik na afloop van de zitting na hem de zaal uitging (als toeschouwer laat je procespartijen altijd voorgaan). Van Drunen kan dus nogal opvliegend zijn en mijn ervaringen op dit punt bevestigen het beeld dat naar voren komt uit de uitlatingen van voormalige medestanders die ik eerder al citeerde. Wie Van Drunen in real life tegenkomt doet er daarom goed aan om fysiek op enige afstand van Van Drunen te blijven. Dat voorkomt problemen en ergernis.
Van Drunen betaalt ondertussen wel een prijs voor zijn fanatisme en toewijding in het actievoeren. Een voormalige mede-activist verwoordde het als volgt: ‘Hij zal zijn leven lang wel actief blijven voor de antifa’s. Daarin verschilt hij dus niet van de sekteleiders, die hij bestrijdt!’
Paul Verhaegh
Bronvermelding: