De Ondergang van het Avondland

Uit Metapedia
Ga naar: navigatie, zoeken
Oswald Spengler

De ondergang van het Avondland (Der Untergang des Abendlandes) is het tweedelige Magnum Opus van de Duitse filosoof Oswald Spengler. Het eerste deel werd in 1918 gepubliceerd door C.H. Beck. In 1923 verscheen het tweede deel, tevens gepubliceerd door C.H. Beck, met als ondertitel Perspectieven van de Wereldgeschiedenis.

Spengler presenteert het werk als een 'Copernicaanse revolutie' en verwerpt de eurocentrische kijk op de geschiedenis. Met name op de verdeling van de geschiedenis in de lineaire tijdvakken: "antiek - middeleeuws - modern" heeft hij grote kritiek. Volgens Spengler is betekenisvolle vertegenwoordiging niet te beschrijven in tijdperken, maar in culturen, die een organische evolutie tonen. Hij onderkent acht hogere culturen, te weten:

Culturen hebben een beperkte levensduur van enkele millenia. De laatste fase van elke cultuur noemt Spengler een 'beschaving'. Volgens Pieter Geyl stelt Spengler de beschavingen voor als zelfstandige en onderling ondoordringbare eenheiden. Dit is een van de fundamentele elementen van zijn stelsel, een cultuur kan volgen Spengler niet samengaan met een andere cultuur, zij sluiten elkaar wederzijds uit.

Het boek presenteert ook het idee van Moslims, Joden en Christenen, evenals hun Perzische en Semitische voorouders, als Magisch; de Mediterrane culturen van de Klassieke oudheid, zoals het Oude Griekenland en het Oude Rome als zijnde Apollinisch en de moderne Westerse wereld als zijnde Faustiaans.

Volgens de theorie van Spengler loopt de Westerse wereld in feite ten einde en manifesteren zich in de 20e eeuw de laatste stuiptrekkingen in het "winter" seizoen van deze Faustiaanse beschaving. In Spenglers beschrijving is de Westerse mens een trotse, maar tragische figuur, die hoewel hij doelen nastreeft en creëert, er van overtuigd is dat het eigenlijke doel nooit zal worden bereikt.

Bronnen